In de ruïne van het middeleeuwse kasteel Sababurg, dat beter bekend is als het kasteel van Doornroosje, houdt een kleine ommuurde tuin de herinnering aan een traditie van moes- en siertuinen bij kastelen in stand. In deze tuin nemen de rozen, die deels langs de oude muren omhoog klimmen, een bijzondere plaats in. Verder vallen hier veel, op traditionele wijze gekweekte bloemen en struiken, kruiden en geneeskrachtige planten te ontdekken die nauw verweven zijn met de geschiedenis van dergelijke tuinen.
Rechte paden, met bloemperken aan weerszijden, een halfronde open plek met een fontein, een haagbeukprieel en een rozenboog zijn belangrijke accenten van deze tuin met zijn vele formele elementen.
Aan de achterzijde, bij de oostelijke paleistoren, groeit een prachtig exemplaar van de zeldzame “Kiftsgate”-roos. Dit is een kleinbloemige wilde klimroos uit de Himalaya die medio juni in volle bloei staat. De kasteeltuin wordt gecomplementeerd me een kruiden- en moestuin. Deze tuin, die door een houten schutting wordt omgeven en van regelmatig aangelegde perken is voorzien, verenigt op aansprekende wijze het nuttige met het aangename..
Volgens de overlevering zouden de gebroeders Grimm enkele van hun sprookjes in het poortgebouw van de Sababurg hebben opgeschreven. Als gevolg daarvan is de Sababurg altijd in verband gebracht met “Doornroosje”, een van de beroemdste sprookjes van de gebroeders Grimm, en is er een “sprookjesmuseum” geopend in het hier in 1960 geopende restaurant. Om het sprookjeseffect te versterken zijn op het kasteelterrein talrijke rozen geplant, waaronder de imposante klimrozen bij de oostelijke paleistoren die doen denken aan de stekelige dichte rozenhaag die het kasteel waar Doornroosje lag te slapen volledig overwoekerd had.
Ook in de ommuurde tuin van het kasteel, van waaruit men overigens wel prachtig uitzicht heeft op de omgeving, zijn klimrozen en groepjes struikrozen tussen de bomen terug te vinden. Het gaat hier voornamelijk om oude rozensoorten, waarvan de geuren, kleuren en vormen bijdragen aan het sprookjesachtige karakter van deze kleine tuin. In overleg met de vereniging “Roseninsel Park Wilhelmshöhe” is gekozen voor klassieke soorten als de apothekersroos, de meiroos en de centifolia of honderdbladige roos “Petite de Hollande”. Bij de oostelijke paleistoren staat een imposante, ca. 12 meter hoge en 10 meter brede “Kiftsgate”-roos; een klimroos uit de Himalaya, waarvan de kleine bloemen medio juni in volle bloei staan. Een rozenboog bij de uitgang in het oosten van de tuin rondt de veelzijdige aanwezigheid van deze koningin van de bloemen af en is een populair fotopunt voor bruidsparen die in het kasteel komen trouwen.
Ook voor de bloemen, heesters, geneeskrachtige kruiden en specerijen is voor oude soorten gekozen. De bezoeker ziet vanaf juni zomerbloeiers als koningskaars, malve of muurbloem en ridderspoor, pioenroos of akelei in de borders. Het terrein, waar omstreeks 1960 een kleine landschapstuin werd aangelegd, is 20 jaar geleden heringericht, waarbij de nadruk meer op de formele elementen werd gelegd. Vanaf de ingang loopt een recht, breed pad met aan weerszijden dichtbegroeide borders naar een kleine open ruimte en van daaraf enigszins versprongen rechtdoor tot aan de rozenboog.
In de open ruimte, die ook omringd is met borders, staat een fontein van natuursteen als symbool voor het belang van water voor het welvaren van de tuin. Kleinere zijpaden ontsluiten het terrein en lopen tot aan de oude toren bij de slotgracht. In het achterste deel van het terrein vormt een halfrond prieeltje van haagbeuken een geliefd rust- en uitkijkpunt van waaruit men de tuin goed kan overzien.
In de kruiden- en moestuin achter het restaurant worden, net zoals in de omheinde kasteeltuin, oude specerijen en geneeskrachtige kruiden zoals basilicum, bonenkruid, alsem en hysop verbouwd. De schutting, de gestapelde muur en de regelmatige vorm en indeling van de perken dragen bij aan het beeld van een traditionele moestuin, zoals deze vroeger overal in deze regio te vinden was.
De wens om oude elementen te behouden en op ecologische wijze weer tot leven te brengen, komt tot uiting in de instandhouding van de hoogstamboomgaard buiten het slot, waar men de bestaande fruitbomen wil behouden en aanvullen met nieuw aan te planten regionale soorten.
Onder het kasteel ligt het in 1570 door landgraaf Wilhelm IV aangelegde dierenpark. Rond dit 130 hectare grote terrein werd al in 1590 een muur gebouwd, die er nog altijd staat. De landgraaf hield hier inheems wild voor de jacht en probeerde hier ook, ondanks de hoge kosten, meer exotische dieren te houden. De gemzen en steenbokken uit Beieren en de elanden en rendieren uit Zweden stierven echter bijna allemaal binnen zeer korte tijd.
In de achttiende eeuw werd in het midden van het dierenpark voor jachtdoeleinden een rondeel aangelegd waaruit zes paden ontsprongen. Deze karakteristieke barokke “Jagdstern” (jachtster) bepaalt ook nu nog het aanzien van het terrein, ook al zijn de paden door het kappen van grote delen van het oude bos vanaf 1790 inmiddels lanen geworden. Sinds 1973 wordt het dierenpark weer gebruikt om er dieren te huisvesten. In dit door het district Kassel financieel ondersteunde centrum zijn met uitsterven bedreigde inheemse wilde dieren en verschillende huisdieren te zien, evenals oude soorten die hier opnieuw gefokt worden.
Text: Gerd Fenner
Adres:
Burggarten Dornröschenschloss Sababurg
Im Reinhardswald
34369 Hofgeismar
Email: Kontakt@der-burggarten.de
Website: www.der-burggarten.de
Eigendom van: Dornröschenschloss Sababurg GmbH
Openingstijden: 01. April – 31. October 10.00 – 18.00
Toegangsprijs: Volwassenen 2.50 Euro; verkort 1.50 Euro
Evenementen:
Rondleidingen (sprookjes of geschiedenis):
April – October, Woensdaag 14.30 en Zondag 11.00
Matinee in het kasteel:
April – October, Zondag 10.30
Kijk op het website: www.sababurg.de
Toeristische informatie:
- Hotel: ja
- Tea Room / Restaurant: ja
- WC: hotel
- Parkeren: ja
- Zitbanken: ja
- Gemiddelde duur van hat bezoek: 30 minuten
- De hoofdpaden zijn toegankelijk voor personen met een beperking.
- Honden an de leiband, aub.