De renaissance (ca. 1520 tot 1630) was een periode van economische bloei voor het Wezergebied die ongekend veel prachtige kastelen, raadhuizen en herenhuizen heeft opgeleverd. Het gebied omvat de streek van de Boven- en Midden-Wezer, met centraal de districten Minden-Lübbecke, Lippe, Höxter en Paderborn.

Het verschil tussen ‘Weserrenaissance’- en andere renaissancegebouwen is het beste aan het gebruik van bepaalde ontwerpkenmerken te zien. Zo heeft de Wezerrenaissance de regelmatige indeling (met vier vleugels) en de toren met een wenteltrap tussen de vleugels van Italiaanse en Franse bouwstijlen overgenomen. Kenmerkend zijn verder de ‘Zwerchhäuser’ (dakkapellen) en rijkelijk versierde gevels met Venetiaanse halfronde kantelen, evenals de ‘Utlucht’, een soort van erker die direct uit de grond lijkt op te rijzen. De meeste gevels zijn rijk gedecoreerd.

In de late Wezerrenaissance was steeds meer de invloed van het Nederlandse maniërisme (rol- en beslagwerk op de siergevels) te herkennen. Veel gebouwen zijn van Obernkirchener zandsteen gemaakt. Vanwege zijn hardheid, hoge weerbestendigheid en fijne structuur is deze steensoort in bijna alle Europese landen en zelfs overzees als bouwmateriaal gebruikt. Andere typische elementen zijn de violetrode, met de hand gehouwen zandstenen pannen uit de Solling waarmee de meeste daken gedekt werden.

Het Wezerrenaissance-museum Schloss Brake, het grootste kasteel uit de Renaissance in de Wezerregio, laat zien hoe de gebouwen, schilderijen, meubels en keramiek er in deze tijd uitzagen.
(Bildnachweis: LWL / H. Gerbaulet)

Links
Weserrenaissancemuseum Brake
Straße der Weserrenaissance