Tuinen in het kastelen- en parkenlandschap van het Münsterland

„Een buitenstaander die het Münsterland bezoekt, zal verrast zijn door het veelzijdige aanbod aan tuinen, parken en wandelpaden“. Uitspraken zoals deze van de Zwitserse landschapsarchitect Günther Vogt zijn vaak te horen als tuinliefhebbers van buitenaf deze regio leren kennen.

Het Münsterland heeft met tuinen en parken zoals die bij het slot Nordkirchen (het “Versailles van Westfalen”) weliswaar indrukwekkende exponenten van de tuinkunst, maar het bijzondere, het typische van het Münsterland herkent men vaak pas op het tweede oog: hier bepaalt het landschap de tuinen en bepalen de tuinen het landschap.

Het landschappelijke Münsterland, dat het toonbeeld is van een voornamelijk agrarisch rijk gestructureerde ruimte die bestaat uit talloze geïsoleerde boerderijen omgeven door velden, weiden, akkers, houtwallen en bosjes, is tegelijkertijd ook een parklandschap.

De vele waterburchten en kastelen die met hun tuinen en parken als parels over dit landschap zijn uitgestrooid, verlenen het geheel een bijzonder cachet. Architectuur, park en landschap worden hier tot een uniek mozaïek samengesmeed.

Dit wordt aangevuld met openbare groenvoorzieningen. De Promenade van Münster bijvoorbeeld, een 4,5 km lange keten van losse hoogwaardige ruimtes, is een uniek groen recreatie- en ontspanningsgebied rondom de historische oude stad. De combinatie van het parklandschap en de muurconstructies en wandelroutes, historische begraafplaatsen, pleinen en parken in de dorpen en steden maken van het Münsterland een regio waar het prettig toeven is.

Het feit dat de nuchtere bevolking hier met twee voeten op de grond staat, heeft aan het ontstaan van dit waardevolle cultuurlandschap bijgedragen. In de loop van honderden jaren gegroeide agrarische structuren vormen nu de basis voor regionale producten van hoge kwaliteit. Direct vanaf de plek van productie of via korte tussenschakels verrijken deze producten het aanbod ter plekke. Samenwerkingen tussen afzonderlijke aanbieders in kwaliteitskringen, zoals bijvoorbeeld Slow Food, of de initiatieven van agrarische bedrijven die rechtstreeks aan consumenten leveren, zijn voorbeelden van succesvolle pogingen om de regionale eigenheid te behouden.

De combinatie met slow food is een voorbeeld van een van de initiatieven in het kader van het EGHN-netwerk als vernieuwende aanpak om mensen te laten genieten van de combinatie van het (tuin-) culturele erfgoed van het Münsterland en het potentieel van hoogwaardige regionale producten.

Het Münsterland is een 6.000 vierkante kilometer groot mozaïek van landschappen in het noordwesten van Nordrhein-Westfalen, tussen het Teutoburger Wald en Lippe, het Emsland in Niedersachsen en Nederland.

Kerken, kloosters, vakwerkhuizen, door grachten omgeven boerderijen en waterburchten vormen het traditionele silhouet van deze regio. De talloze geïsoleerde boerderijen omgeven door velden, weiden, akkers, houtwallen en bosjes bepalen het unieke, aantrekkelijke karakter van het landschap van het Münsterland.

Hier wonen zo’n 1,6 miljoen mensen in 66 steden en vele dorpen. De “Westfaalse metropool” Münster is met zijn ca. 270.000 inwoners het centrum en het kloppende hart van de regio. Het is mede aan de uitstekende groene vrijetijdsvoorzieningen te danken dat Münster in 2005 bij een internationale wedstrijd werd uitgeroepen tot een van de prettigste steden ter wereld om in te leven.

De inwoners van het Münsterland hebben al lang geleden met de oude vooroordelen afgerekend. De moderne infrastructuur staat open voor de eisen van het internationale toerisme en daarom staat het Münsterland niet alleen bij fietstoeristen zeer hoog aangeschreven.

Natuur, cultuur, innovatieve wetenschap, moderne industrie en een stabiele middelstand zorgen samen voor een krachtige regio.

Bij de op twee na grootste universiteit van Duitsland, de Westfälische Wilhelms-Universität in Münster, zijn zo’n 40.000 studenten ingeschreven. Een uitgebreide infrastructuur en de meest uiteenlopende bedrijven – onder andere uit de sectoren machinebouw, chemie, textiel, levensmiddelen en milieutechniek – bieden de bevolking werk en kwaliteit van leven. De verkoop van regionale producten van hoge kwaliteit kent een lange traditie en neemt steeds meer aan belang toe.

Het Münsterland heeft zich ontwikkeld tot het mekka van de paardensport. Nergens anders zijn er zoveel instellingen die zich met paarden bezighouden. Winnaars van Olympische medailles, wereldkampioenen en Europese kampioenen uit alle paardensportdisciplines en leeftijdsklassen komen hier naartoe.

Het Münsterland kent geen wereldwonderen, maar is veeleer een schatkamer gevuld met kostbare kleinoden. Talloze kastelen en waterburchten, meestal buiten de hoofdwegen gelegen, verbinden het agrarische landschap met het kastelenlandschap. De “100-Schlösser-Route” (100-kastelenroute) is een van de populairste tips voor dagjes uit.

Met de REGIONALE 2004 van de deelstaat Nordrhein-Westfalen is ook het bewustzijn van de tuincultuur in deze regio versterkt. In het project “Historische Gärten und Parks links und rechts der Ems” van het Landschaftsverband Westfalen-Lippe is het tuincultuurpotentieel van h

De tuinen en parken in het Münsterland zijn vele decennia lang een onontdekte schat gebleven, waarvan mensen zich nu pas weer echt bewust worden. Hoewel tuinieren al geruime tijd een van de lievelingsbezigheden van de Duitse bevolking is, was de interesse voor de geschiedenis van de tuinkunst in het Münsterland geruime tijd voorbehouden aan professionals. Dit is de afgelopen jaren drastisch veranderd, zoals bijvoorbeeld blijkt uit de belangstelling voor de evenementen, rondleidingen en publicaties die onder andere door het Landschaftsverband Westfalen-Lippe en met name het Westfälische Amt für Landschafts- und Baukultur worden georganiseerd c.q. uitgegeven.

Aan de tuinkunst in Westfalen is de afgelopen decennia weinig aandacht besteed. De waterburchten en kastelen in het Münsterland zijn natuurlijk bekende bestemmingen voor een dagje uit, maar dan gaat het vooral om de gebouwen. De tuinen en parken krijgen daarentegen, als autonome exponenten van de tuinkunst, veel minder aandacht.

De adel in Westfalen hechtte echter wel veel waarde aan representatieve tuinen. Daarvan zijn voorbeelden bewaard gebleven die nog tot de tijd van de barok teruggaan (bijvoorbeeld Park Burg Hülshoff, het kasteelpark Nordkirchen of het Bagno-park). Vanaf de achttiende eeuw, de tijd van het absolutisme, zijn hier prachtige staaltjes tuinkunst gerealiseerd die vandaag de dag soms alleen nog maar in de vorm van tekeningen bewaard zijn gebleven. Indertijd werden er door de adel en de geestelijkheid tuinen en parken aangelegd die via lanen en bossen tot ver in de omgeving in het landschap reikten (bijvoorbeeld kasteelpark Nordkirchen). Vaak werden deze in het Münsterland gecombineerd met nog altijd bewaard gebleven “historische dierentuinen” (zoals de historische dierentuin van Raesfeld).

Vanaf de tweede helft van de achttiende eeuw en in de negentiende eeuw, ten tijde van de Verlichting, veranderden de tuinidealen van een streng-geometrische in een meer natuurlijke, landschappelijke stijl. Toen in de loop van de negentiende eeuw het idee opkwam dat ook gewone burgers recht hadden op onderwijs, ontstond er ook in het Münsterland steeds meer belangstelling voor het aanleggen van algemeen toegankelijke volkstuinen en parken (bijvoorbeeld de botanische tuin van Münster).

Door de oprukkende verstedelijking ontstond er behoefte aan groene ruimtes waar de inwoners van grote steden als Münster konden recreëren. In de kleinere plaatsen (Warendorf, Beckum) werden pleinen met monumenten en gedenkplaten aangelegd en aangeplant. De tot dan toe duidelijk van elkaar te onderscheiden stijlen vermengden zich eind negentiende, begin twintigste eeuw in een veelvoud van stijlen die nog altijd het aanzien van veel tuinen en parken in Westfalen bepaalt.

Pas in de jaren 80 van de twintigste eeuw ontstond met de “natuurtuin” een nieuwe, sterk door de milieubeweging beïnvloede tuinstijl, waarbij esthetiek plaats moest maken voor kunstmatige biotopen. Een voorbeeld hiervan is het Emsauenpark in Telgte. In de afgelopen jaren is er weer meer een tendens richting formeel ingerichte parken te zien. Vaak zijn gebroken geometrische figuren het basisidee voor de vormgeving (zoals bij het Salinenpark Rheine en het Vier-Jahreszeiten-Park Oelde het geval is).

Voor de toekomst wil het Landschaftsverband ook de cultuurhistorische waarde van tuinen en parken in de overige regio’s van Westfalen uitwerken en dit inzetten om de regio verder te ontwikkelen. De tuinkunst is immers een cultureel erfgoed waarvan eenieder op zijn eigen manier, ideëel, cultureel of economisch, de vruchten plukt. Dit geldt zowel voor de bezoekers, als voor de dorpen, steden, regio’s en hun inwoners, en de buren en eigenaren van de tuinen. Met name bij de particuliere bezitters in het Münsterland bestaat er een grote bereidwilligheid om zich in te zetten voor het behoud van hun erfgoed en dit deels voor het grote publiek toegankelijk te maken (voorbeelden hiervan zijn kasteelpark Anholt, kasteelpark Hovestadt en de tuinen bij Haus Welbergen).

De Tuinen

Cultuurlandschap