Alle historische parken en tuinen zijn ooit begonnen als ontwerpen die op het moment van aanleg binnen de tijdgeest van dat moment pasten. Het zijn de tijd en onze mening achteraf waardoor ze tot tuincultureel erfgoed evolueren.
Waar ontstaan momenteel de historische parken en tuinen van morgen? Wat onderscheidt bepaalde hedendaagse parken en tuinen waardoor ze tot klassieke exponenten van de tuinkunst kunnen uitgroeien?
In de kunst en cultuur zijn de wrijving tussen oud en nieuw, het analyseren van wat we hebben, maar ook provoceren en breken met wat we kennen, belangrijke drijvende krachten achter vooruitgang. Volgens bepaalde deskundigen staan de ontwikkelingen in de tuinkunst sinds medio de twintigste eeuw stil en is het karig gesteld met de innovatieve ideeën voor het vormgeven van open ruimtes.
Maar toch: ook voor de periode van 1950 tot heden zijn er in Europa diverse voorbeelden aan te wijzen van innovatieve ideeën bij het (her)ontwikkelen van dorpen en steden en de pleinen en groenvoorzieningen daarbinnen, het reconstrueren van verwaarloosde of vervallen tuinen en het aanleggen van nieuwe publieke en particuliere parken.
Tegen het einde van de twintigste eeuw kwam daar met de zoektocht naar nieuwe toepassingen voor in onbruik geraakt industrieel productieterrein een nieuwe taak bij. Met name in het Ruhrgebied – van oudsher de industriële kern van de Duitse deelstaat Noordrijn-Westfalen – werd men zich bewust van de bijzondere kwaliteiten en mogelijkheden van het industrielandschap en de natuur op voormalige industriële locaties. Deze locaties werden ontsloten, soms tot unieke parken en cultuurlocaties opgewaardeerd en met elkaar verbonden tot één groot regionaal landschapspark.
Bijzondere hedendaagse parken en tuinen onderscheiden zich bijvoorbeeld door hun niet-alledaagse locaties, door nieuwe concepten voor het benutten van ruimte en vormgeving, door het gevarieerde aanbod, door de materiaalkeuze en het behoud van bestaande structuren, door nieuwe vormen van documentatie, informatie en voorlichting of door interdisciplinaire samenwerking en betrokkenheid van burgers. Daarbij zijn ze ook altijd een plek waar men contact heeft met de natuur of nadenkt over de omgang met de natuur, het landschap, de cultuur of met onszelf. Meer daarover is te ontdekken bij de hier gepresenteerde parken en tuinen en in de thematische inleiding (in het Duits, Engels of Frans).