Vrouw Holle is een van de weinige figuren die niet alleen uit de sprookjes van Grimm, maar ook als sagenfiguur bekend is. In de ‘kinder- en huissprookjes’ (nr. 24 op UNESCO’s werelderfgoedlijst voor documenten) leeft Vrouw Holle in een sprookjesland, maar er is ook een sage over Vrouw Holle die zich afspeelt op de Hohe Meißner (753,6 m hoog) en die via meer bronnen bekend is. Al in 1641 werd in oude verhalen gewag gemaakt van het “Frauhollenbad”, de poort naar een andere wereld. Nog altijd bewaakt een houten sculptuur op het mythische middelpunt van de Meißner de ingang naar het rijk van Vrouw Holle.
De idyllische bergwereld van de Meißner, de beschermde natuur en de dorpen en steden in deze streek bieden een authentieke achtergrond waartegen men in de sporen van deze sagen- en sprookjesfiguur kan treden.
Op talloze plekken is te zien waarom deze regio als het thuisland van de gebroeders Grimm bekendstaat. Wilhelm Grimm deed op 13 april 1800 belijdenis in Großalmerode, dat in de middeleeuwen bekend was om zijn hittebestendige keramiek. In Witzenhausen, een van de kleinste universiteitssteden van Duitsland, vonden Jacob en Wilhelm Grimm een veilig onderkomen nadat ze in 1837 uit het koninkrijk Hannover verdreven werden.
De jaarlijkse sprookjesweek in Bad Sooden-Allendorf is gewijd aan de wereldbekende sprookjes van de gebroeders Grimm, die daar op gevarieerde wijze tot leven worden gebracht.