In 1810 werd Friedhof Melaten ten westen van Keulen ingewijd. In de loop van de negentiende eeuw werd deze nieuwe begraafplaats een van de belangrijkste begraafplaatsen van Keulen en moest hij herhaaldelijk worden uitgebreid. De begraafplaats is in een klassieke stijl vormgegeven. De graven zijn volgens een vast stramien aangelegd dat wordt doorsneden door evenwijdige, haakse paden. Aan de indeling van de begraafplaats is tot op de dag van vandaag nog af te lezen hoe de maatschappij vroeger in elkaar zat. De hoofdpaden waren aan de meer welgestelde families voorbehouden en werden daarom in de volksmond ook aangeduid als “miljoenenlanen”. De graven die daar liggen zijn niet alleen vanuit kunsthistorisch opzicht belangrijk, maar vertellen ook veel over deze metropool die in de negentiende eeuw in volle ontwikkeling was en over de mensen die daarin een rol speelden.
Door de vele, inmiddels oude, bomen groeide de begraafplaats al snel na de aanleg ervan uit tot een groen toevluchtsoord in de binnenstad.
Friedhof Melaten werd in 1810 naar aanleiding van een decreet van Napoleon voor de toenmalige stadsmuren van Keulen aangelegd, maar de geschiedenis van Melaten is aanzienlijk ouder. Voordat de begraafplaats hier werd aangelegd, bevond zich op dit terrein een huis voor ‘melaatsen’ (mensen die aan lepra leden) dat al in akten uit 1180 genoemd werd.
De kerkhoven in het oude Keulen waren puur doelmatig en niet op creatieve (tuin)architectonische overwegingen gebaseerd. Pas toen er in de negentiende eeuw grotere begraafplaatsen werden aangelegd, werd het nodig om in de indeling ervan systeem aan te brengen en ging men ook aandacht besteden aan een meer aantrekkelijke vormgeving. Melaten is een typisch voorbeeld van een begraafplaats met een classicistische vormgeving. Karakteristiek voor deze stijl is de regelmatige, rastervormige inrichting van de grafvelden.
In 1826 ontwierp de tuinkunstenaar Maximilian Friedrich Weyhe uit Düsseldorf een beplantingsplan voor Melaten, maar dit werd slechts gedeeltelijk gerealiseerd. Door de snelle groei van de stad moest de begraafplaats namelijk herhaaldelijk worden uitgebreid. Daarbij werd in principe vastgehouden aan de aanvankelijk gekozen opzet, maar men liet zich ook leiden door modernere ontwerpideeën en men wilde de begraafplaats na de sluiting tot een park kunnen omvormen.
Vanaf de Aachener Straße bieden twee paden via monumentale poorten toegang tot het terrein van de begraafplaats. Het stramien van paden wordt gedomineerd door deze twee hoofdpaden en de haaks daarop aansluitende “miljoenenlaan”, die zo wordt genoemd vanwege de opulente grafstenen die hier te vinden zijn. De kruisingen worden geaccentueerd door oorlogsmonumenten en ronde gazons.
De oude bomen, waaronder platanen, esdoorns, berken, treuriepen en levensbomen, bepalen het aanzien van de begraafplaats. Een bijzonder element is de laan met Thuja gigantea. De keuze voor de verschillende boomsoorten is indertijd gemaakt om hiermee het leven en de wederopstanding te symboliseren.
Belangrijk voor de uiteindelijke betekenis van Melaten als tuinmonument was dat er tijdens de negentiende eeuw een geleidelijke kentering optrad in het beeld dat men had van begraafplaatsen. Ze werden niet langer alleen maar gezien als plek waar mensen ter aarde werden besteld, maar men ze ook ging zien als extra recreatieruimtes binnen de stad, met esthetische kwaliteiten, en ze werden onderdeel van de tuinkunst.
Afgezien van de stads- en familiehistorische waarde van de graven uit de negentiende en twintigste eeuw, zijn de bewaard gebleven grafmonumenten vooral van grote kunsthistorische waarde. Naast werken van belangrijke beeldhouwers uit Keulen, zoals J. Mannebach, P.J. Imhoff en C. Mohr, zijn hier ook veel waardevolle werken te vinden van kunstenaars die hun opleiding aan een kunstacademie in Berlijn of Düsseldorf genoten, zoals H. Lederer, K. Janssen en D. Meinardus.
De mensen die op Melaten begraven liggen en de in hun nagedachtenis opgerichte grafstenen vertellen het verhaal van meer dan anderhalve eeuw Keulse stadsgeschiedenis. Het is een bijzonder kenmerk van Melaten als Rijnlandse begraafplaats uit de negentiende eeuw dat hier zowel een beeld wordt geschetst van de ontwikkeling van de stad als economische metropool als van de geschiedenis van de gegoede burgerij. Bezoekers kunnen hier bijvoorbeeld het graf aantreffen van Maria Clementine Martin, de kloostervrouw met de “melissegeest”, of het familiegraf van de familie Farina, die de bedenker van de eau de cologne voortbracht.
Sources:
Hormisch, Nadja: Der Melatenfriedhof in Köln. In: Gartenkunst im Rheinland vom Mittelalter bis zur Moderne. 2003. S.194 ff.
Gärten & Parks im Rheinland: Hrsg. Landschaftsverband Rheinland (LVR). 2007.
Beines, Johannes Ralf: Friedhof Melaten. In: Werner Adams / Joachim Bauer (Hrsg.): Vom Botanischen Garten zum Großstadtgrün – 200 Jahre Kölner Grün. Reihe: Stadtspuren. Denkmalpflege in Köln. Band 30. J.P. Bachem Verlag. Jahr ?
Wikipedia
Adres:
Friedhof Melaten
Aachener Straße 204
50931 Köln
www.stadt-koeln.de
Eigenaar:
Stad Keulen
Openingstijden:
Afhankelijk van het seizoen van 8.00 bis 20.00 uur
Toegangsprijs:
Gratis
Toeristische informatie:
Café/Restaurant: dichtbij
Toiletten: Ja
Parkeren: In de omliggende straten
Zitbanken: Ja
Toegankelijkheid: Alle belangrijke wegen zijn volledig toegankelijk
Honden: Honden zijn welkom, indien aan de leiband
U bekijkt momenteel inhoud van een plaatshouder van Google Maps. Klik op de knop hieronder om de volledige inhoud te bekijken. Houd er rekening mee dat u op deze manier gegevens deelt met providers van derden.
Meer informatie