Villa Hohenhof ontstond tussen 1906 en 1908 in opdracht van cultuurhervormer Karl Ernst Osthaus (1874-1921) op basis van ontwerpen van de Belgische architect Henry van de Velde (1863-1957).
Het ontwerp voor de villa was gebaseerd op holistische artistieke gezichtspunten, waarbij Henry van de Velde het buitenterrein, het gebouw en het interieur in nauwe samenhang met elkaar vormgaf.
Osthaus was het niet eens met de volgens de ontwerpen van van de Velde gerealiseerde tuin bij het huis, aangezien deze sobere tuin, die alle gezelligheid ontbeerde, niet voldeed aan zijn ideeën van een privétuin.
In 1913 gaf Osthaus de tuinarchitect Leberecht Migge (1881-1935) uit Hamburg opdracht een nieuw beplantingsconcept te bedenken.
Na voltooiing van de tuin en nadat van Osthaus in 1921 op jonge leeftijd overleed, bleef de tuin in eerste instantie behouden.
Begin jaren 60 van de vorige eeuw verpachte de gemeente Hagen het complex aan de deelstaat Noordrijn-Westfalen om hier paviljoens voor de pedagogische hogeschool van Dortmund te plaatsen. Als gevolg hiervan ging de keukentuin met zijn terrassen in 1963 verloren.
In 1987 werden de paviljoens afgebroken en kwam er een gazon voor in de plaats. Plannen om de historische tuinen te herstellen liepen spaak op een tekort aan financiën.
Pas in 2003 zijn, bij gelegenheid van werkzaamheden aan de gebouwen, ook delen van de tuinen hersteld.
Villa Hohenhof ontstond tussen 1906 en 1908 in opdracht van cultuurhervormer Karl Ernst Osthaus (1874-1921) op basis van ontwerpen van de Belgische architect Henry van de Velde (1863-1957).
Het ontwerp voor de villa was gebaseerd op holistische artistieke gezichtspunten, waarbij Henry van de Velde het buitenterrein, het gebouw en het interieur in nauwe samenhang met elkaar vormgaf. In de ‘architectentuinen’ van die tijd speelden planten slechts een bijrol; ze waren ondergeschikt aan de architectuur. Huis en tuin werden als een eenheid gezien die alleen door de bouwarchitect– en dus niet samen met een tuinarchitect – ontworpen werd. De op het landschappelijke voorbeeld georiënteerde vormgevingsbeginselen van de tuinarchitecten uit die dagen werden door de nieuwe generatie bouwarchitecten als achterhaald gezien.
Deze architectonische vormgevingsopvatting is in villa Hohenhof en het buitencomplex te herkennen. Het geometrische grondplan van de villa werd voortgezet in de geometrische vormen van delen van de tuin en alle tuinkamers staan via symmetrieassen in verbinding met het gebouw. De aanplanting van de tuin was voor van de Velde slechts een bijzaak en diende zuiver als decoratie voor zijn architectuur.
Van de Velde creëerde een reeks tuinkamers met axiale relaties met de villa: in het midden van een grasparterre bevond zich de, inmiddels verloren gegane, sculptuur “Sérénité” van Aristide Maillol die de zuidas benadrukte die in verbinding stond met de werkkamer van Osthaus. Aan de achterkant richting het bos was deze sculptuur afgeschermd door een witgelakt rasterwerk. Vandaag de dag staat aan het eind van deze as het door Johannes Auerbach gecreëerde graf van de kunstmecenas.
De oprijlaan naar het huis en de ingang waren axiaal afgestemd op het hoofdportaal. Het noordelijke erf, dat in het oosten was begrensd door een muur en in het zuiden en westen door het villagebouw, werd gekenmerkt door een groot ovalen perk.
De oostelijke symmetrieas met de oostgevel van het huis werd gevormd door een aan de hellingkant gelegen weide.
In het westen leidde een pad met rode meidoorns erlangs naar de villa. Het scheidde de bleek en de groentetuin met hun lage terrasmuren van elkaar.
Osthaus was het niet eens met de volgens de ontwerpen van van de Velde gerealiseerde tuin bij het huis, aangezien deze sobere tuin, die alle gezelligheid ontbeerde, niet voldeed aan zijn ideeën van een privétuin. Zo liet Osthaus nog voor 1913 de zuidelijke tuin vergroten en de bleek in twee delen onderverdelen.
In 1913 gaf Osthaus de tuinarchitect Leberecht Migge (1881-1935) opdracht een nieuw beplantingsconcept te bedenken. Het ontwerp van Migge leidde tot een discussie met van de Velde. Migge als tuinarchitect en van de Velde als bouwarchitect vertegenwoordigden verschillende opvattingen over de vrijheden en grenzen van hun respectievelijke disciplines. Osthaus bleef standvastig en liet het concept van Migges vrijwel zonder veranderingen tussen 1913 en 1914 uitvoeren.
Het beplantingsconcept van Migges was afgeleid van het idee verschillende tuinkamers te creëren die samen één totaalbeeld moesten vormen, maar onafhankelijk moesten zijn van het gebouw. De tuingedeelten vlakbij het gebouw bleven hun band met het huis behouden, maar waren door een meer aansprekende beplanting gevarieerder geworden dan van de Velde had voorzien.
Nadat Osthaus in 1921 al op jonge leeftijd overleed, bleef de tuin in eerste instantie behouden. Van 1933 tot 1944 bood de Hohenhof onderdak aan een Gauleiter-opleiding en van 1945 tot en met 1960 was hier een vrouwenziekenhuis gevestigd.
Tot dat moment had de tuinen nog altijd zijn oorspronkelijke vorm. Begin jaren 60 van de vorige eeuw verpachte de gemeente Hagen het complex aan de deelstaat Noordrijn-Westfalen om hier paviljoens voor de pedagogische hogeschool van Dortmund te plaatsen. Als gevolg hiervan ging de keukentuin met zijn terrassen in 1963 verloren.
In 1987 werden de paviljoens afgebroken en kwam er een gazon op deze plek. Er waren toen plannen om de historische tuinen te herstellen, maar deze liepen spaak op een tekort aan financiën.
Sinds 1987 zijn er in geen grote delen van de tuin gerestaureerd. De versleten houten constructie rond de tuin in het zuiden is in de jaren 80 vernieuwd en is nu in goede staat. Ook de pergola boven de verzonken tuin is goed behouden gebleven.
Pas in 2003 is in combinatie met werkzaamheden aan de voormalige remise ook de hoogtesituatie op de binnenplaats en de aangrenzende terreinen hersteld. Ook de Nordhof en de wegas in het westen kregen toen hun historische uiterlijk terug. Tegels werden verwijderd en vervangen door split. De deels nog bestaande wegverharding kon behouden blijven. Ook kon de verzonken tuin op basis van historische documenten gereconstrueerd worden. In de overige delen van de tuin (groentetuin en bleek) bleven de gazons behouden. Momenteel ontbreken de financiële middelen om de oorspronkelijke terrasindeling hiervan te herstellen.
De gebouwen van villa Hohenhof zijn nu eigendom van de gemeente Hagen, die hier een dependance van het Karl-Ernst-Osthaus-museum heeft ingericht.
Villa Hohenhof
Stirnband 10
58093 Hagen, Duitsland
www.osthausmuseum.de
www.route-industriekultur.ruhr.de
Eigenaar:
Stadt Hagen
Openingstijden:
Zaterdag en zondag van 11.00 tot 18.00 uur
Prijzen:
Volwassenen EUR 3,00; kinderen jonger dan 6 gratis
Cultuurprogramma en exposities:
doorlopende expositie over de Hagener Impuls.
Toeristische informatie:
- Restaurant/Cafe: Nee
- Wc: In het museum
- Parkeren: In de buurt
- Toegang voor mindervaliden: De Hohenhof is om architectonische redenen niet geschikt voor een bezoek per rolstoel.
- Programma voor kinderen: Audiovisuele inleiding in de levensloop van Karl Ernst Osthaus